In dit pestogerecht spelen paddenstoelen de hoofdrol. Ze barsten van de vitamine B en zijn daarmee perfect om je immuunsysteem een boost te geven. Als je paddenstoelen bakt en ze op smaak wilt brengen met zout, kun je dit het beste na het bakken doen. Zo voorkom je dat ze tijdens het bakken veel vocht verliezen, waardoor de smaak en textuur kunnen veranderen.
Raadpleeg altijd het productetiket voor de meest accurate informatie over ingrediënten en allergenen
90 gram
Farfalle
½ stuk(s)
Sjalot
125 gram
Kastanjechampignons
40 gram
Bospaddenstoelenpesto
20 gram
Veldsla
2.5 gram
Verse krulpeterselie
15 gram
Geraspte pecorino
1 el
Olijfolie
naar smaak
Peper en zout
• Kook ruim water in een pan met deksel voor de farfalle. • Kook de farfalle, afgedekt, 11 – 13 minuten. Giet daarna af en laat zonder deksel uitstomen. • Snipper de sjalot. • Maak de kastanjechampignons schoon en snijd ze in kwarten.
• Verhit de olijfolie in een wok of hapjespan op middelhoog vuur en fruit de sjalot 1 – 2 minuten. • Voeg de kastanjechampignons toe en bak 5 – 7 minuten. • Schep de bospaddenstoelenpesto erbij en verwarm 1 minuut.
• Scheur de veldsla grof. • Hak de krulpeterselie grof. • Meng de farfalle met de kastanjechampignons in de wok of hapjespan en breng op smaak met peper en zout.
• Verdeel de veldsla over de borden. • Schep de pasta erop. • Garneer met de geraspte pecorino en de krulpeterselie.