Fettuccine betekent in het Italiaans 'kleine linten'. Deze pastasoort lijkt op tagliatelle, maar is wat smaller. Door de wat ruwe structuur van de pasta blijft de romige saus er goed aan plakken. De zoute serranoham en frisse citroen brengen het gerecht perfect in balans.
The quantities provided above are averages only.
Always refer to the product label for the most accurate information about ingredients and allergens
½ unit
Sjalot
125 g
Champignons
5 sprig
Verse oregano
90 g
Fettuccine
20 g
Walnoten
40 g
Serranoham
¼ unit
Citroen
2 tablespoon
Crème fraîche
20 g
Rucola
1 tablespoon
Olijfolie
to taste
Extra vierge olijfolie
to taste
Peper en zout
Breng 500 ml water per persoon aan de kook in een pan met deksel voor de fettuccine. Snipper de sjalot en snijd de champignons in parten. Snijd eventuele grotere champignons wat kleiner. Ris de blaadjes van de takjes oregano en snijd de blaadjes grof.
Kook de fettuccine in de pan met deksel, afgedekt, 10 - 12 minuten op middellaag vuur. Giet daarna af, bewaar een kleine beetje kookvocht en laat zonder deksel uitstomen.
Verhit ondertussen de olijfolie in een hapjespan en fruit de sjalot 4 - 5 minuten op laag vuur, of totdat deze zacht is en licht kleuren. Voeg vervolgens de champignons toe, breng op smaak met peper en zout en bak de champignons 5 minuten op hoog vuur, totdat het vocht verdampt is.
Hak ondertussen de walnoten grof en scheur de serranoham klein (zie tip). Rasp de gele schil van de citroen met een fijne rasp en pers de citroen uit.
Voeg de crème fraîche en oregano toe aan de champignons en roer tot een saus. Meng met de fettuccine, 11/2 tl citroensap en 1tl citroenrasp per persoon en breng op smaak met peper en zout.
Scheur de rucola klein en verdeel over de borden, serveer hierop de fettuccine. Garneer met de walnoten en serranoham. Besprenkel naar smaak met extra vierge olijfolie en extra peper.