Spaanse tapas

Meng in een kom de panko, de Midden-Oosterse kruidenmix, het gehakt, 1 tl mosterd per persoon en de helft van de gesnipperde ui en maak er 4 gehaktballetjes per persoon van. Verhit 1/2 el olijfolie per persoon in een hapjespan met deksel en bak de gehaktballetjes in 3 - 4 minuten rondom bruin. Voeg de passata, de overige gesnipperde ui en 1 knoflookteen per persoon toe. Breng op smaak met peper en zout. Zet het vuur laag en laat, afgedekt, 14 - 16 minuten stoven.

Snijd de groene paprika in stukken van 4 cm breed. Meng de groene paprika in dezelfde kom als de aardappelblokjes met 1/2 el olijfolie per persoon. Verdeel ze over een tweede bakplaat met bakpapier. Rooster 20 minuten met de aardappelen mee in de oven. Meng in een kom de rode peper met de helft van de bladpeterselie en per persoon: 1/2 knoflookteen en 1 el olijfolie. Leg hier de garnalen in.

Snijd de meloen in parten, verwijder de zaadjes en snijd de schil eraf. Leg de parten op een schaal en verdeel de ham erover. Halveer de vleestomaat en rasp het vruchtvlees met een grove rasp. Snijd het broodje door de helft en besprenkel beide zijden met zout en olijfolie naar smaak en de overige knoflook. Bak 3 - 4 minuten in de oven. Haal het broodje uit de oven en besmeer met het vruchtvlees van de vleestomaat.

Tip: Haal de broodjes uit de oven met een theedoek - ze zijn nog heet!

Verhit een koekenpan op middelhoog vuur. Bak, wanneer de pan goed heet is, de knoflookgarnalen 2 - 4 minuten, of tot ze roze zijn gekleurd. Leg ze vervolgens in een kleine kom, schenk het bakvet eroverheen en garneer met de overige bladpeterselie.