Vandaag zet je een Vlaamse klassieker op tafel: een koninginnehapje. Misschien ken je het ook wel als vol-au-vent of een videe. Het is een pasteitje dat vaak wordt gevuld met een combinatie van kippenragout, gehaktballetjes en paddenstoelen. De klassieke bereiding is tijdrovend, maar deze variant met kipfilethaasjes is een stuk simpeler en sneller klaar.
The quantities provided above are averages only.
Always refer to the product label for the most accurate information about ingredients and allergens
200 g
Vastkokende aardappelen
1 unit
Kipfilethaasjes
50 g
Peultjes
125 g
Champignons
2.5 g
Verse krulpeterselie
(May be present: Selderij)
½ unit
Handsinaasappel
½ unit
Tuinkers
½ unit
Citroen
50 g
Half-om-halfgehakt
20 g
Veldsla
50 milliliters
Kookroom
(Contains: Melk (inclusief lactose))
1 unit
Bladerdeegbakje
(Contains: Melk (inclusief lactose), Gluten, Lupine)
20 g
Mayonaise
(Contains: Ei, Mosterd)
250 milliliters
Kippenbouillon
½ tablespoon
Olijfolie
1 tablespoon
Roomboter
(Contains: Melk (inclusief lactose))
½ tablespoon
Bloem
¼ tablespoon
Extra vierge olijfolie
1 teaspoon
Wittewijnazijn
to taste
Peper en zout
Bereid de bouillon in een pan met deksel voor de kip. Breng ruim water aan de kook in een steelpan voor de peultjes. Verwarm de oven voor op 210 graden. Schil de aardappelen of was ze grondig en snijd er frieten van 1/2 – 1 cm dik van. Meng ze op een bakplaat met bakpapier met de olijfolie en breng op smaak met peper en zout. Bak 30 – 40 minuten in de oven. Schep halverwege om.
Kook ondertussen het kipfilethaasje 10 minuten, afgedekt, in de bouillon en kook de peultjes in 4 – 6 minuten beetgaar. Spoel de peultjes daarna af onder koud water en bewaar apart. Snijd ondertussen de champignons in kwarten en hak de peterselie grof. Pel de sinaasappel en snijd in blokjes, knip de tuinkers los en pers de citroen uit. Schep de kip uit de bouillon en bewaar 200 ml bouillon per persoon. Snijd de kip in reepjes.
Meng het gehakt in een kom met de helft van de peterselie en breng op smaak met peper en zout. Draai 3 balletjes per persoon van het gehakt. Verhit 1/2 el boter per persoon in een koekenpan op middelhoog vuur en bak de balletjes in 2 – 3 minuten rondom bruin. Voeg de champignons toe en bak nog 4 – 6 minuten.
Smelt de rest van de boter in een grote pan. Voeg de bloem toe en roer droog met een garde. Schenk de achtergehouden bouillon er geleidelijk bij en laat al roerend indikken tot een gladde saus. Breng op smaak met peper en zout. Meng ondertussen de extra vierge olijfolie, wittewijnazijn, peultjes en stukjes sinaasappel door de veldsla en breng op smaak met peper en zout.
Voeg de kip, gehaktballetjes en champignons en 50 ml kookroom per persoon toe aan de saus en laat nog 5 – 10 minuten sudderen, of tot de saus de gewenste dikte heeft. Zet ondertussen de bladerdeegbakjes op een bakplaat met bakpapier en verwarm ze 5 – 7 minuten in de oven. Roer vlak voor serveren 1/2 el citroensap per persoon door de saus.
Verdeel de bladerdeeggebakjes over de borden en vul ze met de ragout. Serveer samen met de frieten, de mayonaise en de salade. Garneer de pastei met de tuinkers en overige peterselie.